|
Eerbied voor de hersenpan
Toen in 1998 Jan Brouwer Associates en Post Ter Avest
Architecten in vergevorderd fusieoverleg waren doemde
opeens een sta-in-de-weg op in de vorm van de bouwkundige
computerprogramma's die op beide architectenbureaus werd
gebruikt. Bij Brouwer hadden ze ARRIS en Post Ter Avest
bediende zich van Arkey. 'En die twee systemen', zo vertelt
prof. Brouwer, 'die allebei even geniaal van ontwerp waren,
wilden niets van elkaar weten - ze waren incompatible!!
Dus hebben we moeten besluiten om allebei maar over te
gaan op AutoCad, het bekendste systeem in onze branche.
Begin 1999 zijn we gefuseerd en langzamerhand beginnen
we aan AutoCad gewend te raken - al moeten we ook onze
vaardigheid met ARRIS en Arkey in stand houden, want er
is nog een stel bouwwerken aan de gang, die we op die
systemen zijn begonnen'.
Prof. Brouwer bedoelt maar: het is in zijn afdeling van
de bouwsector nog lang geen koek en ei met de ICT. 'Ik
ben enthousiast over de nieuwe mogelijkheden van de informatie-
en communicatietechnologie maar tegelijkertijd tamelijk
pessimistisch over de invulling ervan. Het is allemaal
nog lang niet op orde. Wat wij hier op ons kantoor voor
problemen hebben om zaken aan elkaar te koppelen, vertalingen
te maken en te begrijpen wat op andere systemen is gezet,
dat is een ellende eerste klas! Daar voelen we ons soms
zeer teleurgesteld over'.
'Ik denk dat de informatie-industrie de concurrentie nauwelijks
toelaat, zodat er heel moeilijk afspraken te maken zijn
over systematiek', zegt Brouwer. 'Het is natuurlijk niet
voor niets dat Bill Gates zijn producten zo veel mogelijk
probeert te beschermen. Wil je met iets anders aan de
slag, dan is het héél moeilijk compatible
met zijn spullen. Dat is erg lastig voor ons. In de tekstverwerking
kun je nog aardig converseren, maar bij technische documenten
waarbij het om precisie gaat en álle informatie
moet worden overgebracht, is dat een groot probleem. Als
wij hier een plan maken op de computer - en we doen niet
anders meer natuurlijk - en we spelen de informatie door
naar de aannemer, dan blijkt er wel eens iets te zijn
weggevallen. Daar zit een groot gevaar in. Daarom is men
zo druk bezig - ook bij TNO - om de verschillende programma's
in de bouw van een zodanige taal te voorzien, dat ze allemaal
koppelbaar worden, compatible. Het komt dus allemaal wel
goed maar in de huidige situatie hapert er nog veel aan.
Laten we hopen dat het binnen tien jaar voor elkaar is'.
De architect Brouwer gebruikt de computer als tekstverwerker
en om te e-mailen. 'Ik ontwerp er niet mee', zegt hij,
'Ik teken nog met het pennetje; men moet het maar doen
met mijn schetsen. Dat geldt ook voor de twee andere architecten
op ons kantoor. We hebben inmiddels wel proeven gedaan
om het schetsen direct op de computer te doen, waarbij
echter nog wel het handmatige - het verlengstuk van je
hersenen - zichtbaar wordt en dan snel te vertalen is
in systematische tekeningen. Dat is al een verbetering
ten opzichte van de schetsjes die ik nu maak en door een
medewerker worden vertaald en geïnterpreteerd. Misschien
dat ik nog dit jaar op een wat andere manier ga schetsen.
Ik vrees niet dat die nieuwe werkwijze met de computer
ten koste van mijn creativiteit zal gaan; wat ik er tot
dusver van gezien heb geeft me vertrouwen. De ouderwetse
schetsmatige tekening krijgt in die nieuwe systemen echt
een kans'.
Wat het Internet betreft noemt prof. Brouwer zich een
gelovige. 'Het Internet vind ik fantastisch. Het verkrijgen
van informatie is zó gemakkelijk. Er is in korte
tijd een enorme schaalsprong gemaakt' als ik momenteel
iets van een product wil weten van een fabriekje in Hongkong
of Los Angeles, dan kan ik zo bij die mensen naar binnen.
In vijf minuten weet ik alles wat ik weten wilde. Daar
zit volgens mij ook een enorme winst in voor de bouwtechniek.
Ik heb een promovendus in Eindhoven, die een systeem aan
het ontwikkelen is waarbij de architect met een bepaalde
browser kan zoeken naar alternatieve producten. Zo kun
je bij allerlei bedrijven op de wereld terecht met vragen.
Dat is dus veel meer dan een catalogus van bouwmaterialen.
Daar zie ik erg veel in. De creativiteit van ontwerpers
is meestal tamelijk groot maar als het op productie en
realisatie aankomt, grijpt men in die sector toch gauw
weer terug op de min of meer traditionele industrie. Je
komt steeds weer bij de beton uit, de baksteen of de houtindustrie.
Terwijl er wereldwijd dus alternatieven zijn om - wat
ik graag wil - de bouw een zekere lichtheid te geven'.
Brouwers architectenbureau bestaat al meer dan 25 jaar.
Er is daarom een flink archief, waar het wemelt van de
kokers met tekeningen. 'Maar dankzij de ICT kan ik al
mijn werk van de laatste tien jaar bij wijze van spreken
in één doosje opbergen. Dat staat allemaal
op banden. En met die tekeningen hoeft ook niemand meer
over straat; je kunt ze nu mailen. Dagelijks versturen
we meer gegevens via het Internet dan per post. Er mogen
bij het transport van zender naar ontvanger echter geen
fouten gemaakt worden. Design management wordt dus van
grote betekenis, daar moeten goede, hele strakke kwaliteitssystemen
voor worden opgezet met drastische controles erin om fouten
te voorkomen. Daarbij is de mens nog onontbeerlijk; die
moet daarover nadenken en kan er invloed op uitoefenen.
Dat vind ik heel leuk voor onze soort'.
Want bij alle ontwikkeling van de informatie- en communicatietechnologie
blijft prof. Brouwer de mens van harte centraal stellen.
Hij tikt op zijn voorhoofd. 'Creatieve processen moeten
hier ontstaan. Je kunt wel vertaalmachines hebben, die
het in begrijpelijke tekeningen en teksten overzetten,
maar het scheppend proces moet je niet bij de hersenpan
weghalen. Laat het daar maar zitten'.
prof.ir. Jan Brouwer
De Haagse architect prof.ir. Jan Brouwer (1935) is hoogleraar bouwtechnisch
ontwerpen aan de faculteit Bouwkunde van de TUD
en leidt samen met prof. ir. Jouke Post en ir. Daan
ter Avest het bureau XX Architecten in Delft. Prof.
Brouwer is sinds eind 1998 voorzitter van de Bond
van Nederlandse Architecten (BNA).
'Er is iets merkwaardigs aan de hand in de maatschappij',
zegt Brouwer, 'we worden door ICT in een soort netwerksamenleving
geduwd en tegelijk zie je dat men van een nieuwe
woning het liefst heeft dat die er uitziet als een
huisje uit de vorige eeuw'.
|
|
Terug naar inhoudsopgave.
Heeft u commentaar of suggesties ?
Mailt u het dan aan: cur@cur.nl
|
..... en meer |
..... en meer |
Nieuws
Bouwindex
|
|